Aan de oostwand van de Markt staat een standbeeld ter ere van Jan van Hooff. Het beeld is vervaardigd door kunstenaar Auke Hettema en werd op 19-12-1992 onthuld.
Jan (Johan Frederik Rudolph) van Hooff werd geboren op 26 augustus 1755 in Eindhoven en is overleden op 13 juni 1816 in Utrecht. Jan was een zoon van Martinus van Hooff en Anna Elisabeth Bols van Arendonck. Hij was burgemeester van Eindhoven in 1787 en 1788 en een fervent patriot (een derde Nederlandse partij naast de Prinsgezinden en de Staatsgezinden). Hij was oprichter van sociëteit Concordia (1786-1787). Samen met zijn geestverwanten werd hij in 1788 verdreven en na hun vlucht naar het buitenland "Bataven" genoemd. Het Bataafs Comité in ballingschap werd gevormd door Van Hooff, A. Schilge, J.C. de Cock, Daendels, Gelderman en Dumont Pigalle. Hij werd door de Eindhovense overheid in 1788 gedurende één dag in Eindhoven gevangengezet, maar wist via Leuven en Brussel te ontvluchten naar Parijs. Hij werd daar in 1793 gevangengezet in de Conciërgerie. Mogelijk door een naamsverwisseling werd niet hij, maar een naamgenoot onthoofd op de guillotine. Uiteindelijk is hij in 1795 vrijgelaten. In januari 1796 maakte Van Hooff deel uit van de afgevaardigden van Bataafs Brabant die enige tijd later met de Staten-Generaal overeenkwamen dat Brabant voortaan een gelijkwaardig gewest zou worden. Enkele maanden later was ook de scheiding tussen kerk en staat een feit. Hij vervulde tussen 1796 en 1801 enkele officiële overheidsambten. Hij was minister van Justitie onder koning Lodewijk Napoleon van 1806-1807 en Staatsraad vanaf 1807. Zie ook foto 5029. (Red.)